Viering van breken en delen
Viering 9 februari 2025
Het was alsof de hemel openging, engelen de wereld bezongen, alsof alles in een nieuw licht kwam te staan.
Lied vooraf aan de viering: Een beetje vrede
Net als een pop, afgedankt door een kind
Net als een blad, afgerukt door de wind
Net als een visje, dat bijt in een haak
Zo voel ik me oh zo vaak
Dan zie ik de wolken, zo dreigend en grauw
En hoor ik de kreet, van een vogel in ’t nauw
De regen die valt en de zon zie ik niet
Dan zing ik wat van mijn lied
Refrein:
Een beetje vrede, een beetje liefde
Voor onze wereld, waarop we wonen
Een beetje vrede, een beetje vreugde
Er over dromen, dat doe ik al
Een beetje vrede, een beetje liefde
Dat er weer hoop is, voor alle mensen
Een beetje vrede, een beetje vreugde
Toe laat ons wensen, dat ’t komen zal
Ik ben maar een meisje, dat zegt wat ze voelt
En in een lied zingt, wat ze bedoelt
Ik ben maar alleen, als een meeuw in de wind
Die voelt dat de storm begint
Refrein
Zing dit lied maar mee met mij
Samen zingen maakt je blij
Zing dit lied maar mee met mij
Samen zingen maakt je blij…
Vooraf aan de viering worden bij binnenkomst engeltjes uitgedeeld aan kinderen en mensen met een verstandelijke beperking. Deze engeltjes mogen ze in de boom hangen, vooraan in de kapel, en tijdens de viering mogen ze die er weer uithalen om thuis te bewaren.
De engel van het licht wil je verlichten
opdat jezelf voor anderen
een licht kun worden.
Openingslied: Rom pom pom pom
Hoor het trommelen, pa rom pom pom pom
Ik sla mijn trommel nu, pa rom pom pom pom
Een herder uit de buurt, pa rom pom pom pom
Heeft mij hierheen gestuurd
Pa rom pom pom pom – rom pom pom pom- rom pom pom pom
Ik wil het Kind graag zien, pa rom pom pom pom
Kan dat misschien
Goddelijk Kindje daar, pa rom pom pom pom
Mag ik jouw vriend nu zijn, pa rom pom pom pom
En als ik kom maar zo, pa rom pom pom pom
Ik breng ook geen kado
Pa rom pom pom pom- rom pom pom pom- rom pom pom pom
Ik heb alleen mijn trom, pa rom pom pom pom
Vraag niet waarom
Maar ik wil graag slaan, pa rom pom pom pom
Sla in de stal mijn trom, pa rom pom pom pom
Speel voor het Koningskind, pa rom pom pom pom
Dat Hij het prachtig vindt
Pa rom pom pom pom – rom pom pom pom- rom pom pom pom
Ik sta hier graag daarom, pa rom pom pom pom
Ik en mijn trom
Ontsteken van de adventskaarsen
Vandaag is het de derde zondag voor Kerst, dus branden we drie kaarsjes. Zo bereiden wij ons voor op Kerstmis.

Steek dan een kaarsje aan
(Wijze: Dan gaan de lichten aan)
Steek dan een kaarsje aan, Laat je gedachten gaan
Want dan ben jij, Toch een beetje bij mij
Steek dan een kaarsje aan, Ga bij de kerstboom staan
En zing een lied, Zo vergeet je me niet
Engelen zijn de voorboden van Kerstmis
Luister maar eens naar het volgende verhaal:
“God wilde een jonge vrouw op de hoogte brengen van een blij bericht.
Hij vroeg de engel Gabriël om die boodschap over te brengen.
Die jonge vrouw heette Maria en zij zou gaan trouwen met Jozef.
Jozef kwam uit de familie van koning David.
De engel Gabriël ging naar Maria toe en zei:
‘Ik groet je, Maria. God heeft jou uitgekozen. God zal bij je zijn.’
Maar Maria schrok ervan. Ze vroeg zich af wat hij bedoelde.
Toen zei de engel tegen Maria:
‘Je hoeft niet bang te zijn, Maria. God heeft je uitgekozen voor iets moois!
Je zult zwanger worden en een zoon krijgen. Je moet hem Jezus noemen.
Jezus zal heel belangrijk zijn, hij zal Zoon van God genoemd worden,
koning en redder van de mensen en aan zijn koningschap komt geen einde”.
Maria wist niet goed wat haar was overkomen,
het was alsof ze droomde. Een prachtige droom.
En zo snel als Maria kon, rende ze naar buiten,
om het blijde nieuws aan Jozef te vertellen.
Wit Kerstfeest
Kom droom maar van een wit Kerstfeest
Het is een goede oude droom
Droom van eng’len, vrede
Het leed geleden
Ontsteek de lichtjes in de boom
Kom droom maar van een wit Kerstfeest
Droom van een wereld wit en stil
Die niet harteloos is en kil
Waar de mensen zijn van goede wil
Kom droom maar van een wit Kerstfeest
Het is een goede oude droom
Droom van eng’len, vrede
Het leed geleden
Ontsteek de lichtjes in de boom
Kom droom maar van een wit Kerstfeest
Droom van een wereld wit en stil
Die niet harteloos is en kil
Waar de mensen zijn van goede wil
De engel en de ster
(Naar een idee van Marilyn A. Kinsella, Taleypo the Storyteller)
Het was de avond voordat Jezus geboren werd.
De engelen in de hemel waren druk bezig.
Sommigen vlogen tussen hemel en aarde op en neer
om te zien hoe het met Jozef en Maria ging.
Anderen oefenden de liederen die ze moesten zingen in deze heilige nacht.
Drie engelen waren druk in de weer, bezig om de hemel met sterren te versieren.
Drie engelen in de hemel - Met sterren in de weer

Het enige dat nog moest gebeuren was het ophangen van de kerstster:
de ster die straks de herders en koningen moest wijzen waar het kindje Jezus was geboren. Dat was een belangrijke taak en de drie engelen maakten ruzie wie het mocht doen:
“Ik mag het doen, want ik ben de oudste!”
“Nee, ik mag het doen, want ik ben de langste!” “Nee, ik.” “Nee, ik!”
Een ster vroeg aan de engel - mag ik dan met je mee?
“Nee,” zei de engel nors, “daar heb ik geen tijd voor.”
Toen hij op aarde kwam, zag hij de lege stal. In een stal horen dieren, dat wist hij.
De engel keek om zich heen en zag een os grazen in het veld.
Dat was precies wat hij nodig had.
De engel pakte het dier bij zijn horens en bracht hem naar de stal.
Hij vond ook nog een paar muizen,
die een holletje maakten in de vloer van de stal
en een paar vogels die wel een slaapplekje wilden op de balken onder het dak van de stal. De engel was tevreden. De stal was nu een stuk voller
en Onze Lieve Heer zou vast trots op hem zijn.
Daarna vloog de tweede engel naar beneden.
Ook hij kwam onderweg het kleine sterretje tegen.
“Mag ik met je mee?” vroeg het sterretje.
Een ster vroeg aan de engel - mag ik dan met je mee?
“Nee,” zei de engel, “daar heb ik het veel te druk voor.”
De tweede engel had een plan.
Op het veld bij de stal verzamelde de engel alle balen stro die hij kon vinden.
Hij legde al het stro op de vloer in de stal.
Zo konden Jozef en Maria straks lekker zacht zitten
en met een beetje stro in de kribbe hadden ze een mooi bedje voor hun kindje.
De engel wist zeker dat hij de stal goed gevuld had.
Onze Lieve Heer zou trots op hem zijn.
Daarna ging de derde engel naar beneden.
Hij was de kleinste van de drie en had geen idee waarmee hij de stal moest vullen.
Onderweg kwam hij hetzelfde kleine sterretje tegen en weer vroeg het sterretje:
“Mag ik met je mee?”
Een ster vroeg aan de engel - mag ik dan met je mee?
“Is goed,” zei het derde engeltje, “dan kunnen we elkaar wat gezelschap houden.”
Samen daalden ze af naar de aarde. Toen hij bij de stal kwam, schrok de engel. Het was er zo donker! Jozef en Maria zouden er niets kunnen zien.
Met behulp van het kleine sterretje stak hij toen een lampje aan.
In het warme licht zag hij de dieren en het stro
waarmee de andere twee engelen de stal al hadden gevuld.
Hij wist niet waarmee hij de stal nog verder kon vullen
en toch wat teleurgesteld ging het kleine engeltje terug.
Maar voordat hij weg ging begroette hij het kleine sterretje
en gaf de ster een mooi plekje aan de donkerblauwe hemel.
Dit plekje aan de hemel -Dat is bestemd voor jou
In de hemel ging het engeltje direct naar Onze Lieve Heer om te vertellen
dat hij niets had gevonden om de stal mee te vullen.
Maar de Goedheid Zelve glimlachte en zei:
“Kleine engel, jij hebt de stal gevuld met licht!
En datzelfde licht zal ook van de hemel naar beneden schijnen.
Kijk maar eens naar de ster die je aan de hemel hebt gehangen.”
Die ster daar aan de hemel - Brengt licht voor iedereen.
De kleine engel keek en kon zijn ogen niet geloven.
Zijn vriend, het kleine sterretje, was uitgegroeid tot een prachtige stralende ster.
Met een lange staart van licht wees hij de weg naar Bethlehem,
waar het kindje Jezus ter wereld zou komen.
Hoort nu de kerstklokken luiden
(wijze: Het avondklokje)
Hoort nu de feestklokken klinken
Hoort hoe het kerstfeest verjaart
’t Is of de engelen zingen
Zo werd gezongen in ’t heilige uur
Zo werd gezongen in heilige nacht
Klokken uw heerlijk geschal,
klinkt over bergen en dal
Klokken uw heerlijk geschal,
klinkt over bergen en dal
O, als de klokken zo klinken
Daalt op de aard ’t Kerstkind neer
Doet er de kerstlichten blinken
Brengt voor ons de vrede weer
Zingen van vrede op aard
Zegen voor vader, de moeder en kind
Zegen voor vader, de moeder en kind
Klokken uw heerlijk geschal, klinkt over bergen en dal
Klokken uw heerlijk geschal, klinkt over bergen en dal
Laat nu de klokken maar schallen
Klinkt over velden en zee
Brengt nu de boodschap aan allen
Boodschap van liefde en vree
Stemme heel d’aarde dan mede in toon
Stemme heel d’aarde dan mede in toon
Klokken uw heerlijk geschal, klinkt over bergen en dal
Klokken uw heerlijk geschal, klinkt over bergen en dal
O dennenboom
O dennenboom, o dennenboom
Wat zijn je takken wonderschoon
Ik heb je laatst in het bos zien staan
Toen zaten er geen lichtjes aan
O dennenboom, o dennenboom
Wat zijn je takken wonderschoon
O dennenboom, o dennenboom
Waar ik het hele jaar van droom
Want als jij in de huizen staat
Is in de wereld minder haat
O dennenboom, o dennenboom
Waar ik het hele jaar van droom
O dennenboom, o dennenboom
Ik hou je trouw in waarde
Je hebt zo vaak in kerstmistijd
Door zoveel schoons mijn hart verblijd
O dennenboom, o dennenboom
Jij mooiste boom op aarde
Tafelgebed
Het was Jezus zelf, die ons liet zien hoe je licht kon brengen in de wereld.
Door oog te hebben voor het kleine,
door elkaar te zien, door in alle eenvoud met elkaar aan tafel te gaan.
Zo ging Jezus met zijn vrienden aan tafel.
En nog voordat ze ook maar konden beginnen,
nam Jezus het brood en de wijn in zijn handen,
en vroeg daarbij om stilte.
Hij keek naar het brood en naar de wijn,
en zei daarbij: dit brood en deze wijn,
dit is ons voedsel voor onderweg, dit is ons leven dat ons wordt gegeven,
dit is wat we met elkaar mogen delen, in gebrokenheid, in liefde.
Laten we daar dankbaar voor zijn en samen bidden:
Onze Vader die in de hemel zijt,
Uw naam worde geheiligd.
Uw koninkrijk kome.
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood.
En vergeef ons onze schulden
zoals ook wij elkaar onze schulden vergeven.
En leid ons niet in verzoeking,
maar verlos ons van de boze.
Want van U is het koninkrijk
en de kracht en de heerlijkheid
in eeuwigheid. Amen.
Uitnodiging om met elkaar aan tafel te gaan.
GEEF DE KINDEREN EEN WERELD - Dana Winner
Er is een plaats
Voor wie kind is gebleven
Wie in zijn hart
Nog gelooft in een sprookjesverhaal
Dat waarheid wordt
Misschien doen we dat allemaal
Geef de kinderen een wereld
Waar het goed is om te blijven
Waar ze kunnen samen wonen
Rond de bomen die er staan
Geef de kinderen een wereld
Die ons allen zal bevrijden
En die ons ook doet geloven
Laat die droom nu nooit meer gaan
Er is nog hoop
Op wat zon minder regen
Een hart is groot
Ieder kind draagt een wereld in zich
Daar leef ik voor
Geef het licht geef dit streven door
Geef de kinderen een wereld
Waar het goed is om te blijven
Waar ze kunnen samen wonen
Rond de bomen die er staan
Geef de kinderen een wereld
Die ons allen zal bevrijden
En die ons ook doet geloven
Laat die droom nu nooit meer gaan
Geef de kinderen een wereld
Waar het goed is om te blijven
Waar ze kunnen samen wonen
Rond de bomen die er staan
Geef de kinderen een wereld
Die ons allen zal bevrijden
En die ons ook doet geloven
Laat die droom nu nooit meer gaan
Eindelijk kerstmis – Jan Smit
Eindelijk kerstmis, het jaar is weer om
Zoveel gebeurd om ons heen
Er zijn ons mensen ontvallen, er was vreugde en verdriet
Maar beterschap ligt in ’t verschiet
Eindelijk kerstmis, een jaar gaat voorbij
Ongemerkt worden we oud
Er waren mooie momenten met een lach en een traan
Om met kerstmis bij stil te staan
Refrein: Laten we ’t leven maar vieren voortaan
Al reken ik ook op een eeuwig bestaan
Geef je hart en hoofd en ziel maar aan mij
Met kerst gaan de zorgen opzij
Laten we ’t leven maar vieren voortaan
Want eens is het tijd, ook voor ons om te gaan
Dus geniet van deze kerst met elkaar
Want de volgend’ is pas volgend jaar
Eindelijk kerstmis, het jaar loopt ten eind
Tijd voor een heel nieuw begin
Met een hoop nieuwe kansen, voor mij en voor jou
En voor iedereen van wie ik hou
Refrein
Eten en drinken, families bijeen (alten: noe)
Voor het klinken van een glaasje wijn
Niemand is graag deze dagen alleen (alten: noe)
Met kerst hoor je samen te zijn
Dus geniet van deze kerst met elkaar
Want de volgend’ is pas volgend jaar
Slotgebed
Zegenwens
Mogen we elkaar tot zegen zijn,
het mooie in mensen zien,
de goede dingen doen,
in liefde zeggen wat nodig is
en zo met God op weg gaan,
zijn liefde met ons meedragen,
om vrede en licht te zijn
in zijn naam,
de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen
Slotlied: Een heel gelukkig Kerstfeest
Refrein:
Een heel gelukkig Kerstfeest voor jou en iedereen
Een heel gelukkig Kerstfeest voor jou, voor mij
Voor allemaal, voor jou, voor mij, voor allemaal
De sneeuw valt met zachte vlokken bedekt de stad met een wit tapijt
De mensen versieren hun bomen en genieten van die heerlijke tijd
Verlichte sterren versieren de ramen, op de hoek staat een heilsoldaat
Het vriest dat het kraakt, er is een glijbaan gemaakt
Want de winter is pas goed ontwaakt
Refrein
De schapen liggen te dromen in een stalletje onder de boom
En engelenhaar is zachtjes als een mooi wit gouden kroon
In een verlichte etalage zit een Kerstman in ’n arreslee
En elk kind dat het prachtig vindt en ze willen allen met hem mee
Refrein
Maar laten wij niet vergeten bij de boom, bij de stal
Deze wens dat ieder mens eens vrede hebben zal
Refrein
